Zorgpad

Voortraject- Behandelingen - Natraject

Chirurgie

De hechtingen zijn resorbeerbaar en dienen niet verwijderd te worden. Wel is het zinvol een 10-tal dagen na de operatie bij de huisarts langs te gaan om de wondjes te laten controleren. U krijgt ook een afspraak mee om 3 à 4 weken na het ontslag bij de chirurg langs te komen. Die zal u onder andere de vitaminepreparaten voorschrijven die u dagelijks moet innemen. Bewegingstherapie onder begeleiding van een kinesist zal dan ook gestart worden. Het verdere traject bestaat het eerste jaar uit een poliklinische raadpleging om de 2 à 3 maanden bij de chirurg, de diëtiste en/of de internist/endocrinoloog. Daarbij hoort tussen de 3e en de 6e maand een bloedafname om vitaminetekorten op tijd te behandelen. Na het eerste jaar hoeft u nog maar éénmaal om de zes maanden op controleconsultatie te komen, met minstens éénmaal per jaar een bloedafname. Het spreekt vanzelf dat de huisarts die controles perfect kan doen.

Diëtiste

Dieetconsult na de operatie

Bij het ontslag uit het ziekenhuis herhaalt die diëtiste de voedingsadviezen. De eerste 4 à 6 weken na de operatie gelden specifieke voedingsadviezen om problemen van verstopping te vermijden. Een geleidelijke omschakeling van vloeibare over zeer zachte, gepureerde voeding naar voeding met een normale consistentie is wenselijk. De eerste maand na de operatie moet u beschouwen als een overgangs- of herstelfase. Daarna kan u in principe alles eten, mits kleine individuele verschillen. Het is ook belangrijk om uw eetgedrag aan te passen om ‘dumpingklachten’ te vermijden. Dumpingklachten ontstaan door een te snelle passage van voedsel en drank van de kleine maag naar de dunne darm. Volgende symptomen kunnen optreden:

  • Misselijkheid
  • Duizeligheid
  • Futloosheid
  • Zweten
  • Versneld hartritme
  • Krampen
  • Diarree

Dumping kan ook ontstaan door te energierijk voedsel te eten, vooral suiker of zoetigheden (= snelle suikers), al dan niet gecombineerd met te veel vetten. Een plots hyperglycemie (= abnormale verhoging van de bloedsuikerspiegel) kunt u best vermijden. U mag zoetstoffen gebruiken, maar we raden het niet aan, omdat de zoete smaak het verlangen naar suiker blijft onderhouden.

Postoperatieve voedingsadviezen

  • Start met zeer kleine hoeveelheden per eetmoment. Beperk dus de hoeveelheid voedsel.Anders loopt u het risico dat u zich overeet en misselijk wordt. Kleine porties zijn belangrijk om de kleine maag (maagpouch) niet onnodig uit te rekken.
  • Eet zeer langzaam en kauw goed zodat er geen grote stukken voedsel ter hoogte van de verbindingen maag-darm en darm-darm kunnen klem geraken.
  • Eet naast een ontbijt ook een middagmaal en avondmaal in kleine porties en eet ook een kleine tussenmaaltijd in de voormiddag, in de namiddag en eventueel later op de avond.Het is aangewezen om 6 eetmomenten per dag te hebben, maar wel goed gespreid (om de 3 uur) over de hele dag. Dat is gunstiger voor de vertering en uw bloedsuikerspiegel blijft op peil, waardoor er meer energie is voor de dagelijkse activiteiten.
  • Kort na de operatie krijgt u aanvankelijk alleen iets vloeibaars: plat water, bouillon, yoghurt, soep. Vrij snel mag u bij de hoofdmaaltijden vast voedsel eten, maar in zeer zachte vorm, bv. enkel gestoomde vis, aardappelpuree en zeer zachtbereide en aanvankelijk gepureerde groenten (of groentestamppot). Als broodmaaltijd eet u best beschuiten, cracottes of geroosterd brood met een smeerbaar beleg. Om passageproblemen te vermijden moet u de eerste 3 à 4 weken vlees, gewoon brood, rauwe groenten en hard fruit vermijden. Eet geen suiker, chocolade, koekjes,gebak, snoepgoed en ijs en drink geen frisdranken, fruitsap, gesuikerde melkdranken en milkshakes.
  • Wees matig met het gebruik van zowel zichtbare vetten (boter, margarine, olie, mayonaise,…) als onzichtbare vetten (vervang volle melkproducten, volle klaasproducten,vette charcuterie door mager of halfvolle producten).

Postoperatief drinkadvies

  • Drink kleine hoeveelheden, met kleine slokjes, (langzaam drinken), maar goed gespreid over de dag. Per dag is 1,5 l vochtinname aanbevolen. Probeer die hoeveelheid geleidelijk aan op te bouwen.
  • Drink nooit tijdens of direct na een maaltijd of tussendoortje. Drinken bij de maaltijd lukt niet goed, kan de kleine maag op termijn doen uitzetten en bevordert het wegspoelen van voedsel naar de dunne darm wat dumping kan teweegbrengen.
  • Drink ongesuikerde dranken of energievrije dranken: water, thee, koffie, ontvette bouillon, groentesappen. Les uw dorst met water. Ons kraantjeswater is gezond en lekker. Kies desnoods een watermerk dat u lekker vindt. De keuze is groot genoeg! Dit soort dranken kunt u drinken tot vlak vóór de maaltijd.
  • Bruisende dranken kunnen u meer dumpingklachten, een opgezet gevoel of darmborrelingen bezorgen. Vermijd bruisende dranken in de beginfase of laat eventueel het meeste gas ontsnappen.
  • Let op met alle vruchtensappen! ONGEZOET betekent dat er geen extra suiker is aan toegevoegd, maar het sap bevat wel de natuurlijke suikers van het fruit zelf!
  • Let op met alcoholische dranken, want alcohol wordt sneller opgenomen in het bloed en u voelt zich veel vlugger dronken. Bovendien kan alcohol uw bloedsuikerspiegel plots sterk doen dalen, waardoor u heel misselijk kunt worden. Alcohol brengt geen essentiële voedingsstoffen aan, maar net zoals suikers heel veel energie, wat niet nodig is.

Dieet-opvolgconsulten

Om na de obesitasheelkunde een gezond eetpatroon aan te leren en/of te behouden, is het wenselijk om op regelmatige basis een dieet-opvolgconsult te voorzien.

Bewegingstherapie

Naast het aanpassen van de voedingsgewoonten is ook regelmatig bewegen een belangrijke factor voor en na bariatrische heelkunde. Het is

raadzaam om u fysiek op de ingreep voor te bereiden. Een goede preoperatieve conditie vermindert het risico op verwikkelingen, verbetert de conditie van hart en bloedvaten en zorgt voor een beter herstel na de ingreep. Postoperatief kan u, samen met een kinesist, starten met een individueel oefenprogramma. Dat maakt deel uit van uw nieuwe levensstijl en helpt om de beoogde effecten te bereiken. U mag niet verwachten dat bewegen tot een plots gewichtsverlies zal leiden. Bewegen moet u kaderen in een langetermijnvisie. Regelmatige beweging bevordert het energieverbruik, verhoogt de fitheid van hart en ademhalingsorganen, heeft een positief effect op hart- en bloedvaten en vermindert het risico op vele andere ziekten. Tenslotte zou regelmatige beweging ook een gunstig effect hebben op de spijsvertering.

Psychologisch behandelaanbod

In het zorgtraject wordt er nazorg door de psychologe voorzien op 6 en 12 maanden na de ingreep. Tijdens deze postoperatieve consulten wordt er samen met de patiënt geëvalueerd hoe het vermageringsproces verloopt. Belangrijke thema’s die aan bod kunnen komen, zijn:

  • Mindfuleating: op een mindvolle manier, met meer aandacht omgaan met voeding.
  • Psycho-educatie betreffende ontstaan van obesitas, gezonde levensstijl.
  • Motivatieverhoging door het versterken van basisbehoeften rond autonomie, competentie en verbondenheid.
  • Gedragsverandering: herkennen van risicosituaties, zelfcontrolestrategieën aanleren,responspreventie, …
  • Leren herkennen van disfunctionele gedachtenpatronen omtrent eetgedrag, gewicht en zelfbeeld.
  • Sociale vaardigheidstraining
  • Stresshantering
  • Aandacht voor terugvalpreventie

De psychologische nazorg kan zowel op individuele basis als in een groepsprogramma gevolgd worden. Voor meer informatie kan u zich wenden tot de psychologe.